Nederlanders springen tijdens de coronacrisis massaal op de bres voor kwetsbare ouderen. De burgerinitiatieven voor het ondersteunen van ouderen bloeien als nooit tevoren en ook het animo voor vrijwilligerswerk lijkt groter dan ooit. Het hulpaanbod was aanvankelijk zelfs vele malen groter dan de vraag. “Het opsporen van ouderen met een hulpvraag is voor alle vrijwilligersorganisaties een enorme uitdaging.”
De coronapandemie heeft een groot deel van het openbare leven in Nederland stilgelegd. Maar wie zou verwachten dat de aandacht en zorg voor ouderen als gevolg van de crisis stil zouden vallen, heeft het helemaal mis. De afgelopen maanden popten overal in Nederland vrijwilligersinitiatieven op om kwetsbare ouderen te ondersteunen: van boodschappenbuddy’s tot telefonische hulplijnen om de computervaardigheid van ouderen te vergroten en van online maandagochtendgymnastiek tot straatkookclubs. “Sinds het uitbreken van de coronacrisis zijn er ongelooflijk veel initiatieven en projecten opgebloeid,” zegt Wanda Huinink, directeur Burennetwerk Amsterdam. “In Amsterdam, waar wij actief zijn, buitelden de initiatieven echt over elkaar. Ook bij reeds bestaande initiatieven was de toestroom van vrijwilligers extreem hoog. We moeten normaal erg ons best doen om in een jaar 300 nieuwe goede buren te werven, en
nu hadden we er in twee weken tijd meer dan 1000 op de wachtlijst staan. Echt heel inspirerend om te zien.” Een rondgang door het land laat een diverse dwarsdoorsnede zien van de burgerinitiatieven waarmee Nederlanders kwetsbare ouderen uit hun isolement proberen te halen. Van de stoepconcerten voor dementerende ouderen die Goed voor Elkaar in Veenendaal organiseert tot het Koetjes & Kalfjes-project, dat studenten op basis van gemeenschappelijke interesses koppelt aan een oudere voor een tweewekelijks telefoongesprek. Volgens Corina Gielbert, directeur van het Nationaal Ouderenfonds, werkt de coronacrisis als katalysator voor de hulpbereidheid van veel Nederlanders. “Ik denk dat de bereidheid om te helpen in ons land heel groot is. Maar veel mensen hebben last van handelingsverlegenheid: ze willen wel in actie komen, maar ze weten niet zo goed wát ze kunnen doen. Door de coronacrisis is veel zichtbaarder geworden waar de hulp het hardst nodig is. Daar zijn veelmensen op ingesprongen. Ook met hele kleine dingen: even wat extra boodschappen doen en koken voor iemand anders in de straat die dat zelf niet kan. Die sociale cohesie is echt in onze samenleving aanwezig.”
Vraagverlegenheid
Het massale aanbod aan vrijwilligers leidde de afgelopen maanden hier en daar tot een luxe die in vrijwilligersland tot voor kort ongekend was: een aanbod dat de vraag overtreft. NLvoorelkaar, het grootste vrijwilligersplatform van Nederland, zette op 16 maart een matchingsplatform voor coronahulp op. Drie dagen na de lancering hadden zich 1200 vrijwilligers aangemeld om ‘te helpen waar dat nodig was’. Ironisch genoeg turfde de site slechts 37 concrete hulpvragen. KBO-PCOB-directeur Manon Vanderkaa herkent het beeld. “De burgerinitiatieven die in coronatijd zijn ontstaan, richten zich vaak op eenzame ouderen. Maar die kom je niet zomaar tegen. Nog los van het feit dat mensen niet met het etiket ‘eenzaam’ rondlopen, is er in onze samenleving sprake van vraagverlegenheid. Mensen bieden veel makkelijker hulp aan dan dat ze het vragen. Ik spreek zelfs senioren die het lastig vinden om aan hun kinderen te vragen of ze even boodschappen willen doen.” Ook Wanda Huinink ziet dat veel initiatieven worstelen met de vraag waar ze ‘hun’ doelgroep kunnen vinden: “We kregen mails van groepjes studenten die zeiden: we hebben ons verenigd in een appgroep, een boodschappenproject of een belcirkel en nu zijn we op zoek naar mensen die hulp nodig hebben. Dat geeft wel aan hoe lastig het voor veel nieuwe initiatieven is om de kwetsbare ouderen te vinden die ze willen bereiken. Aan de andere kant waren er ook mensen die gewoon huis-aan-huis in de straat gingen aanbellen, om te kijken of er in hun buurt ouderen waren die hulp nodig hadden. Dat is natuurlijk de meest effectieve manier om mensen te bereiken.”
Reservoir aan betrokkenheid
De vele uitingen van zorg, hulpvaardigheid en solidariteit laten zien dat de oproep van premier Rutte om ‘een beetje op elkaar te letten’ een gevoelige snaar heeft geraakt. Toch heeft de massale aandacht voor ouderen ook een keerzijde, vindt Corina Gielbert. “Wat ik lastig vind is dat er, tegelijkertijd met de acties, beeldvorming ontstaat waarin alle ouderen over een kam worden geschoren. Want opeens zijn alle ouderen kwetsbaar. Terwijl veel actieve ouderen tot voor kort juist een sleutelrol speelden in de participatiemaatschappij. Geen groep doet zoveel vrijwilligerswerk en verricht zoveel mantelzorg als de actieve senioren tussen de 65 en de 75. Het zou goed zijn als dat onderscheid meer werd gemaakt.” Met de explosieve groei van het aantal vrijwilligersprojecten doet zich ook de vraag voor hoe de initiatieven van nu na de coronacrisis in de samenleving verankerd kunnen blijven.Maar volgens Manon Vanderkaa is dat nog een beetje koffiedik kijken. “Wat ik in elk geval positief vind is dat er bij veel initiatieven mensen betrokken zijn die hiervoor nog niet als vrijwilliger actief waren. De projecten die zijn opgezet, maken blijkbaar iets los in mensen en laten zien hoe mooi vrijwilligerswerk kan zijn. Daarmee is in de maatschappij een extra reservoir aan betrokkenheid aangeboord. Dat engagement kan straks weer op andere plekken tot uiting komen.” Wanda Huinink: “Ik hoop dat helpen in deze coronatijd de drempel verlaagt om vaker je hulp aan te bieden. Bovendien denk ik dat een deel van de vrijwilligers de smaak echt te pakken heeft. Niet alleen omdat het veel voldoening geeft om andere mensen te helpen, maar ook omdat ze zich realiseren dat het heel makkelijk is om even iets voor iemand te doen. Je hoeft niet meteen een enorm commitment aan te gaan; wij zijn bij wijze van spreken al blij als iemand drie keer per jaar een klusje doet.”
- Het Nationaal Ouderenfonds zet zich in voor een samenleving waarin iedere oudere het leven kan leiden dat hij of zij wenst. Het fonds richt zich op thema’s als eenzaamheid, kwetsbaarheid, mantelzorg en LHBT.
- KBO-PCOB, met een kwart miljoen leden en 800 plaatselijke afdelingen de grootste seniorenorganisatie van Nederland, maakt zich sterk voor een samenleving waarin senioren volwaardig kunnen meedoen en mensen omzien naar elkaar.
- Burennetwerk Amsterdam koppelt buurtgenoten aan elkaar voor eenvoudige burenhulp, vervoer met begeleiding of sociaal contact. Bij het netwerk staan ongeveer 1200 ‘goede buren’ ingeschreven die zich willen inzetten voor een buurtgenoot met een hulpvraag.
Contactloze Buitenconcerten
Een opvallend initiatief om het isolement van ouderen te doorbreken zijn de Contactloze Buitenconcerten van de Nijmeegse sociale onderneming Club Goud. Tijdens deze concerten genieten ouderen in verpleeg- of verzorgingshuizen op veilige afstand van openlucht optredens. “Toen ik halverwege maart hoorde dat ouderen beter geen bezoek meer konden ontvangen, brak mijn hart bijna,” zegt Moniek van Daal, initiatiefnemer van Club Goud. “We zetten ons juist het hele jaar in om generaties samen te brengen en ouderen bij de maatschappij te betrekken. Daarom zijn we meteen op zoek gegaan naar alternatieve manieren om toch contact met ouderen te leggen. Zo ontstond het idee van de buitenconcerten.” Inmiddels heeft Club Goud 240 Contactloze Buitenconcerten georganiseerd en een stappenplan ontwikkeld voor andere initiatiefnemers, die het idee willen volgen. De agenda vermeldt ruim 70 aanvragen voor nieuwe concerten. “De belangstelling is echt overweldigend,” zegt Moniek. “En we krijgen hele ontroerende reacties. Muziek kan voor verbinding zorgen, roept bij jong en oud emoties op en haalt mensen even uit hun sleur. Als je 24/7 in een verpleeghuiskamer van 15 vierkante meter zit, is ieder beetje afleiding super welkom.”
Praktische tips voor initiatieven (en vrijwilligers) in coronatijd
- Check of je initiatief misschien al bestaat. Het is zonde om het wiel opnieuw uit te vinden en soms kun je beter je krachten bundelen met bestaande organisaties of projecten.
- Geef zoveel mogelijk ruchtbaarheid aan je project, zodat mensen met een hulpvraag weten waar ze terecht kunnen. Beperk je daarbij niet tot internet, maar flyer in de buurt en hang posters op, bij bijvoorbeeld bij winkels, apotheken of wijkcentra.
- Maak voor het ‘opsporen’ van buurtbewoners met een hulpvraag gebruik van bestaande vrijwilligersorganisaties en professionals die in een buurt actief zijn. Zoals huisartsen (praktijkondersteuners), wijkverpleging of thuishulp.
- Bedenk dat veel vrijwilligersorganisaties in deze periode ‘vacatures’ hebben doordat veel van hun oudere vrijwilligers (65-75) noodgedwongen thuiszitten. Soms zijn kwetsbare ouderen nog het meest geholpen door het voortzetten van reeds bestaande hulp.
- Ga netwerken in de wijk. Vraag iedereen die je kent of er in zijn of haar omgeving nog mensen met een hulpvraag zijn. Of bel gewoon aan om te vragen of je iets voor anderen kan betekenen.