Het wachten is op een contract van de gemeente Amsterdam zodat stichting Vrienden van de Werkschuit de grondrechten krijgt van Het Gebouw Nieuwendam, om de hoek. Ooit gebouwd als noodkerk, nu staat het al twee jaar krakkemikkig niks te doen. Maar op papier en in het hoofd van Imke Kok is het een toekomstbestendige culturele huiskamer voor de buurt.
“Als je een knikker neerlegt, dan rolt het naar de andere kant van de ruimte. Klimop groeit via de kieren naar binnen en de leidingen zijn twee winters geleden kapotgevroren”, vertelt Imke wat gelaten. En dat is niet alles: er zit ook nog asbest in Het Gebouw. Met pijn in haar hart moest Imke dan ook een paar jaar geleden de huurders vaarwel zeggen en de deuren sluiten. Toen dacht ze nog dat het maar voor even zou zijn, dat het gebouw snel gerenoveerd zou worden en ze een doorstart zouden maken. Aan de belangstelling van onder andere buurtbewoners ligt dat niet: “Er komen nog steeds wekelijks mailtjes binnen van mensen die iets willen doen in het gebouw. Die moet ik de hele tijd nee verkopen.”Het Gebouw was decennialang een thuis voor kunstenaars en zzp-ers die er hun werkplek hadden en er waren schilderlessen voor kinderen uit de buurt. Maar het vorige bestuur vergrijsde en Imke en buurvrouw Judith namen zo’n zeven jaar geleden het stokje over. “Daarom ook voelen we ons ontzettend verantwoordelijk om dit te laten slagen.” Het is maar goed dat de buurvrouw een hond heeft waar ze regelmatig ’s avonds mee gaan lopen om alle frustratie van zich af te laten glijden. Want het blijkt helemaal niet mee te vallen om Het Gebouw weer open te krijgen.
Het is dan ook met frisse tegenzin dat ze binnenkort voor de zoveelste keer om de tafel zitten met een bestuurder en de afdeling vastgoed van de gemeente. “De standaard contracten voor grondrechten zijn voor 12,5 jaar. Maar daar hebben we niets aan, gezien de hoogte van de investering die we willen doen. Toen kwamen ze met een voorstel voor twintig jaar, maar wij willen nog langer vooruitdenken. En het duurt en duurt maar. Ondertussen hebben we er zoveel tijd en energie in gestoken, dat we er ook niet mee willen stoppen of het helemaal willen overdragen aan een ander. Anderen, hoe betrokken ook, zijn toch vaak minder gemotiveerd.” Precies dat doorzettingsvermogen prijst én bewondert KNHM-adviseur Jack Deneke die zich nog goed het begin herinnert. “Ze meldden zich in eerste instantie bij ons aan als Kern met Pit-project, maar al snel zag KNHM-collega Auke Boomsma, nu afgezwaaid, dat het een regulier adviestraject moest worden.” Ze schakelden Arcadis in om de kosten van renovatie of nieuwbouw te ramen en hen te wijzen op de juridische consequenties van de opties. “Als je een bestaand gebouw renoveert, hoef je aan minder zware regels te voldoen”, legt Jack uit.
Zijn rol als adviseur zit er, met een gerust hart, op. “Imke en Judith zijn uitermate slim, goed in staat om dingen op papier te zetten, communicatief heel vaardig en eigenlijk kunnen ze niet veel meer doen, dan wat ze gedaan hebben. Ze hebben draagvlak in de buurt gecreëerd, hun team uitgebreid, contact gezocht met de deelraadwethouder en die uitgenodigd te komen kijken, ze kunnen goed onderhandelen en laten zich niet opjagen tot het nemen van overhaaste beslissingen. En wat ik ook erg bewoner aan Imke en Judith is dat ze onze adviezen niet klakkeloos overnemen of negeren, maar daar precies tussenin zitten. Eigenlijk precies zoals het moet.” Voor de stichting is het kristalhelder wat ze willen met het pand: eigenaarschap. “We willen geen hoge huren betalen. Of het risico lopen dat een andere stichting het pand gaat huren. We willen juist zelf als ondernemer aan de slag. Het is onze droom dat het uiteindelijk helemaal op een duurzame manier is herbouwd met dezelfde materialen of gerenoveerd zodat het voor het grootste deel zelfvoorzienend is. Zelf wil ik graag een van de programmeurs zijn en een heel divers aanbod aanbieden, van diners met goede koks tijdens een lezing of try-outs van theatervoorstellingen. Want we willen zowel de bewoners van de wat grotere huizen van de Nieuwendammerdijk en Waterland verbinden met de oud-Noorderlingen van volkswijk Tuindorp en de flatbewoners van Nieuwendam. Er zijn hier genoeg culturele instellingen die geen dak hebben en wij willen dat graag bieden.”
De ambitie tot verbinden, was een van de aspecten die Jack zo aansprak. “En vanuit mijn achtergrond als architect vind ik oude gebouwen interessant.” Voorheen had hij vooral te maken met professionele opdrachtgevers die jarenlang in zo’n traject zitten met een gemeente die maar geen of halve beslissingen neemt of rare eisen gaat stellen die niet realistisch zijn. “Maar die zijn het gewend. Dat is toch wat anders dan nu deze twee mensen die het beste met de buurt voor hebben die dreigen vast te lopen in zo’n systeem. Maar ik weet zeker: de gedrevenheid houdt ze op de been. Ze moeten vooral volharden.”